CaGeWeB
  • leden
  • achtergrond
  • partners
  • historiek
naar

MARC Record

Leader
001 18368
005 20230123102409.0
008 120222s2002 0 n
020
  
  
a| 9789075368147
041
  
  
a| dut
100
  
  
a| Boehm, Rudolf 4| aut 9| 17445
245
  
  
a| Politiek
260
  
  
a| Gent b| IMAVO-KRITIEK c| 2002
300
  
  
a| 212
520
  
  
a| In dit boek zijn filosofische besprekingen opgenomen van tragedies van Sophocles (Oedipus en Antigone), Shakespeare (Hamlet en Macbeth), Vondel (Lucifer), Racine (Phèdre), Schiller (Wallenstein), Hölderlin (Tod des Empedocles), Kleist (Prinz von Homburg) en Goethe (Faust).Het werk wordt besloten met een slotbeschouwing over wat het tragische is. Daarin beweert Rudolf Boehm o.a.:Tragisch pleegt men het te noemen wanneer iemand zonder eigen schuld aan een onverbiddelijk noodlot ten prooi valt. Dat mag zo zijn. Wanneer men echter naar de grote, ons als dicht­werken overgeleverde tragedies luistert, ervaart men slechts weinig van een fatale noodzaak. De helden en heldinnen van de tragedies gaan niet aan hun schuld, of ondanks hun onschuld, te gronde, maar altijd aan een eigen waan. Zo meende Oedipus ? en menen vandaag nog velen ? dat alles zich ten goede moet keren, wanneer en kel de gehele waarheid aan het licht komt. Zo meen de Faust ? en menen vandaag nog velen ? dat de mens het allergrootste kan volbrengen, wan neer hem enkel bovenmenselijke, boven natuurlijke krachten ten dienste staan.Het thema van een tragedie is evenwel niet het wezen van het tragische, maar steeds ?enkel? iets dat tragisch is. Met filosofie houdt de tragedie zich niet bezig. Zij is enkel een met verdeelde rollen voor- en na ge speeld verhaal. Met tragedies is de filosofie echter wel bezig.
942
  
  
c| BOO
920
  
  
a| boek
852
  
  
b| ORPH c| ORPH j| ORPH.PHI BOEH a
999
  
  
c| 18368 d| 18368
  • CaGeWeB vzw

    p/a Bagattenstraat 174, 9000 Gent

    voorzitter: Hendrik Defoort
    bestuurders: Frea Vancraeynest, Brigitte De Meyer, Ellen Ryckx, Kim Robensyn